Gebouw Gerard Strijp S , Transformatie van een voormalig industriegebouw
Terug naar projectenlijst- Locatie
- Torenallee, Eindhoven, Nederland
- Jaar
- 2013
Transformatie van het Hoge Rug gebouw Gerard op Strijp S
Uitgangspunt voor de integratie van nieuwe functies in het gebouw Gerard en het hieraan gekoppelde ontwerp is het stedenbouwkundig masterplan en de hierin geformuleerde vertrekpunten voor de omgang met de monumenten. Het transformatie concept voor gebouw Gerard sluit aan bij de karakteristieke kernwaardes van de fabrieksgebouwen van de Hoge Rug, zijnde de sterke, structurele basis, het constructieve skelet, de modulaire geleding in de gevel, de functionaliteit en flexibiliteit in de plattegrond, waarbij de structuur van het gebouw leidend is.
De benaderingswijze van het ontwerp kan in die zin structuralistisch genoemd worden, dat op basis van de structuur van de hoofddraagconstructie een grammatica ontwikkeld is, die het gebouw d.m.v. het introduceren van lucht en licht geschikt maakt voor wonen, hedendaagse kantoren en commerciële ruimten.
De grammatica is opgebouwd uit twee subgrammatica’s, die zich focusseren op de transformatie van het middenrif tussen de twee hoekrisalieten
In grammatica 1 zijn de regels geformuleerd voor de commerciële ruimten en
de nieuwe, publieke passage op de begane grond en niveau 1
de volgende elementen zijn bouwstenen van deze grammatica :
- Het openen van de noordgevel op de begane grond over vijf traveen
- Het verwijderen van de borstweringen in de noordgevel op de begane grond t.b.v. een zo groot mogelijke transparantie
- De elegantie van de schaaldaken in de zuidgevel beleefbaar maken en door het verwijderen van de zware betonnen balken en de borstweringen bereiken van een maximale transparantie. Accentueren van de belijning van de schaaldaken door de nieuwe puien terug te plaatsen
In grammatica 2 zijn de regels geformuleerd, die t.b.v. de functionele
transformatie van een industriegebouw tot een flexibel,
inspirerend en hedendaags gebouw leiden, waarin naast
elkaar gewoond en gewerkt kan worden en dat
aan de individuele en soms uiteenlopende behoeftes van de
toekomstige bewoners en gebruikers tegemoet kan komen
- Introductie van vides aan de noordzijde van de nieuwe ontsluitingszone over de volledige hoogte tussen niveau twee en zes. De vides laten het daglicht via grote, glazen openingen in het dak tot diep in het gebouw dringen. Door de oriëntatie op het noorden heeft het daglicht aan deze zijde voornamelijk een koele lichtkleur.
- Patio’s en vides over twee verdiepingen aan de zuid gevel, die tussen niveau twee en vijf verspreid zijn en warm zonlicht tot diep in het gebouw transporteren. Tevens kunnen aan deze patio’s en vides buitenruimten gesitueerd worden, waarbij de patio zelf fungeert als buitenruimte. Deze patio’s en vides worden naar de zuid gevel toe geopend
M.b.t. de toegankelijkheid is een nieuw hoofdtrappenhuis in de centrale as van het gebouw toegevoegd, van waaruit de nieuwe units ontsloten worden.
Kleurstelling interieur
Het kleurconcept voor het interieur is gebaseerd op de maatregelen van de transformatie c.q. het behouden van karakteristiekste en structurele elementen.
De trappenhuizen en liften in de hoekrisalieten zijn zover mogelijk teruggebracht in de originele kleurstelling.
Met uitzondering van het nieuwe, centrale trappenhuis en de schaaldaken worden alle toevoegingen en ingrepen niet gekarakteriseerd door een sterke kleur accentuering. Daglicht is het sfeerbepalende element, dat door de verschillende oriëntaties en invalshoeken de kleur van de ruimten bepaald. Alle nieuwe elementen zijn in een strakke, helder grijs-wit tint uitgevoerd en alle bestaande elementen zoals de hoofddraagconstructie in een licht grijze nuances behandeld.
Wit-grijs wordt in dit ontwerp gezien als een neutrale kleur, waardoor een abstracte ruimte ontstaat, die tevens gevormd wordt door de werking van het daglicht in relatie tot de structuur van de hoofddraagconstructie.